Spijtig

Jacky was nu opgesloten in een groot hok, op straat had een man hem aan de lijn gepakt en naar hier gebracht.
Jacky huilde 2 uur lang maar daarna ging hij op de koude grond liggen. Naast hem zat een duitse herder die Bas heette
en langs de andere kant een pyreense berghond met de naam Snow en voor hem zat een boxer met de naam Adolf.
Jacky keek de hele tijd naar de honden zijn beste vriend was Bas en Adolf maar Snow was altijd in dromenland.
Hij keek toe hoe Bas werd weggehaald, en hoe Adolf bijna was weggehaald door een punker. Jacky kreeg gezelschap van
Adolf en in de kooi voor hem werden 2 collie's gezet Nancy en Vanille. Jacky keek weer rond en ging tegen de boxer liggen
en viel in de rust op de grond neer. Als er een mens voorbij kwam blafte hij en sprong tegen zijn kooi en begon tehijgen maar steets
tervergeefs.

jules sloop 's ochtends het asiel binnen.
hij gaf de honden dan altijd iets lekkers.

Jacky keek naar jules en jankte. En keek met zijn schattigste blik en hijgde.

jules aaide de hond.
hij gaf een extra snoepje.

Jacky gaf jules een likje en een kopje.

jules stond op en liep naar de deur.

Jacky jankte hard en tikte met zijn witte poot tegen de deur.

jules draaide zich om.
wat is er? fluisterde hij.

Jacky wou geadopteerd worden en keek heel lief naar Jules en probeerde duidelijk te maken dat hij buiten wou.

Tuomas kwam langs en kocht de hond Jacky en aaide hem zoet en zei:"Hey, grote jonge, wat ben jij mooi."

Zac kwam binnen. ''Zijn er nog honden ''